1796: verkoop kasteel Terlinden te Aalst (émigré)

LT
1796: verkoop kasteel Terlinden te Aalst (émigré)
Kasteel Terlinden

Het zogenaamde kasteel Terlinden of de Grote Verdoemenis is gelegen in de wijk Schaarbeek, aan de oude weg naar Gent. In 1582 wordt het "Pachthoefken", genoemd 't Goed ter Linden, vermeld. In de 17de-eeuw was het bekend als een klein, met water omringd gebouw en werd het Hof Terlinden genoemd. De familie Terlinden, wellicht van dit goed afkomstig, speelde vanaf het begin van de 17de-eeuw een rol in het Stadsbestuur.

In de volksmond wordt het goed de Grote Verdoemenis genoemd -in tegenstelling met de wat verderop naar Gent gelegen Kleine Verdoemenis-, omdat hier in het begin van de 18de eeuw de oratoriaan Pasquier Quesnel verbleef, een vooraanstaand jansenist, die er zijn boek "Motif de droit du père Quesnel" schreef.

Het oude goed werd omschreven als een klein kasteel, omgeven door een brede vijver en voorzien van twee ronde torentjes; de toegangsweg was afgebakend met grote eikebomen.

Het huidige kasteel zou in 1775 gebouwd zijn door Jaak Angelus Dierickx, voorzitter van de Raad van Vlaanderen. De naam Verdoemenis werd opnieuw populair tijdens de Brabantse Revolutie, wegens het verblijf aldaar van deze Dierickx, die als vooraanstaand ambtsdrager onder de Oostenrijkers door de patriotten werd veracht. In 1794, na de vlucht van Dierickx naar Rijsel en Gent, legden de Fransen de zegels; nadien werden de kantoren van de "garde magasin des vivres" er ondergebracht.

In 1796 werd het kasteel als toebehorend aan een uitwijkeling vermoedelijk verkocht. In de jaren VII en VIII was het eigendom van Baron Van der Noot de Vreckhem, gewezen Burgemeester van Aalst (1833-1848). In 1910 stond het kasteel Terlinden, groot 7 ha 36 a 26 ca, toebehorend aan Eugeen Jelie, te koop. Deze had het geërfd van zijn eerste vrouw, een dochter van Van der Noot.

In de aankondiging van de verkoping leest men dat het kasteel "paalende met de Dreef aan den grootsten steenweg van Brussel naar Oostende, maar honderd meters verwijderd is van een tramhalt en dat men gaat op vijf en twintig minuten naar de statie van Aalst. Schoon en welgelegen, ver van alle nijverheidsgestichten, bevat de eigendom een allerschoonst park, met eeuwenoude boomen en vischrijke vijvers, eene ruime woonst met alle aanhorigheden, hovingen, boomgaarden, paardenstallen,..., eene hofstede met stallingen; het alles afgesloten door muren, hagen en daarover grachten."

In 1913 werd het domein verkochte aan L. Geerinckx en werd een nieuw hoofdgebouw opgericht in neotraditionele stijl. De twee zijvleugels uit 1775 en het poortgebouwtje werden aangepast. De familie Geerinckx verkocht het gehele domein aan een bouwfirma, die er twee appartementsgebouwen oprichtte. In 1978 werd het kasteeldomein zelf, toen nog 1 ha 87 a 28 ca, verkocht aan de stad Aalst, die het park voor publiek openstelde. Het kasteel werd ingericht als regionaal "Centrum voor Economie en Middenstand". Zowel de Stedelijke Dienst voor Middenstand en Economische Ontwikkeling als de arrondissementele Kamer van Koophandel hebben er hun kantoren

http://www.aalst.be/gebouwen.htm (20050612)
LT@ wikipedia